zaterdag 29 juni 2024

Reis naar Vlieland

Tijd voor een wat luchtiger onderwerp na alle serieuze berichten van de afgelopen maanden! We hebben de woelige wereld even gelaten voor wat hij was en zijn weer naar Vlieland gevaren.

Na de regen en wind van de afgelopen maanden kondigde zich half juni een periode van beter weer aan. En zeker na alle beslommeringen van de eerste helft van 2024 was het nu tijd om een weekje eruit te gaan. We hadden onze boot Manokwari al eerder schoongemaakt en ik had er veel werk aan gedaan nadat de accu’s versleten bleken te zijn. De boot heeft nu een zonnepaneel en twee nieuwe accu’s, een combinatie die zelfs het verbruik van het koelkastje bij warm weer goed blijkt aan te kunnen.

Op reis

We pakten onze bagage en boodschappen in en stapten op een woensdag aan boord met het plan naar de Wadden te gaan. Zoals gewoonlijk is het even wennen aan de kleine ruimte en de harde matrassen, en de eerste nachten waren een beetje koud. Daags na het inschepen vertrokken we naar Kornwerderzand en Harlingen, tegen een zwakke noordoostenwind in. Helaas betekende dat varen met de motor - we hadden deze trip veel tegenwind. 

zonsondergang na een regenachtige dag in Harlingen


In de sluis bij Kornwerderzand hoorde ik een hartverscheurend gepiep uit de motorruimte, waarvan ik al snel de oorzaak vond: een slappe dynamoriem. Aangezien we een extra dag in Harlingen zouden liggen, kon ik op mijn gemak bezig om het euvel te verhelpen. Het was die dag toch slecht weer... Helaas zat de dynamo muurvast in zijn bouten en moest ik extra gereedschap kopen om het los te krijgen, maar daarna was het snel geregeld. Een winkel in automaterialen bleek een V-snaar van de juiste maat te hebben en het probleem was opgelost.

route van Harlingen via de Blauwe Slenk naar Vlieland

route rondom de Richel naar Vlieland


Zaterdags gingen we bij afgaand tij naar Vlieland. Helaas zat de wind alweer tegen: noordwest, met wind tegen tij. Daar hadden we vooral in de Blauwe Slenk (het belangrijkste stuk van de route dat pal west loopt, zie kaartje) last van, met een behoorlijk koppige zee waarin we diepe duikelingen maakten. We liepen met de motor kalm met het tij mee, en al snel werd het rustiger, hoewel de wind nog steeds flinke uithalen maakte. We zetten gereefd zeil en voeren rustig op de eb het zeegat uit. Bij het aanlopen van Vlieland moet je altijd om het eilandje Richel heen naar open zee, waar het aardig kan spoken. Deze keer echter niet, en al snel liepen we de Vliesloot in, het geultje langs het strand. 

eerder gemaakte foto van het zeegat bij Vlieland


Vlieland

De haven bleek aardig vol te liggen. Het was onverwacht druk, misschien wel door het mooie weer, maar desondanks vonden we een goed plekje ergens achterin, waar we drie dagen zouden blijven terwijl het opeens zomer werd. Die dagen werden besteed aan wandelen, fietsen en het grondig schoonmaken van het dek, dat onder de rommel zat van spinnen en vogels. Dat komt omdat onze thuishaven aan het IJsselmeer altijd wemelt van de insecten. Wilde natuur, zullen we maar zeggen, of vliegend vogel- en spinnenvoer…


schietoefening van de luchtmacht boven de Vliehors


Tijdens een wandeling in ons favoriete natuurgebied aan de westkant van het eiland werd de rust verstoord door schietoefeningen op de Vliehors, het schietterrein dat door alle spanningen in de wereld opeens weer vol activiteit is. De herrie was oorverdovend. Het vredesdividend is kennelijk nu wel opgesoupeerd na de brute overval van Poetin op Oekraïne twee jaar geleden. Wie vrede wil, moet zich helaas voorbereiden op oorlog.

een stille plas in de duinen van Vlieland

iemands zandkasteel, met poort, gracht en torens


De wandelingen op Vlieland brachten ons ook in een bosgebied vlakbij de haven, waar we nog nooit waren geweest. Hier vind je nog stille bospaden met - in de toenemende warmte - de geur van de hars uit de dennen die in het bos de overhand hebben. Met de fiets kwamen we ook verder weg op het eiland, bij stille plassen in het duingebied waar het goed toeven is voor watervogels.

Het Heksenhuis

Niet een plek die wij op Vlieland bezochten, maar een boek. Voor ons vertrek had ik een boek besteld van een collega-auteur in de Leidse regio, om mee te nemen als ‘leesvoer’. Jacqueline Zirkzee, evenals ik lid van de schrijverskring in Oegstgeest, heeft ettelijke historische romans op haar naam staan. Het Heksenhuis gaat over de heksenjacht in het Duitse Bamberg, die honderden vermeende heksen het leven heeft gekost. 



Beschuldiging van hekserij was de opmaat tot vreselijke vervolging. Niet willen bekennen werd gezien als verdacht en leidde tot marteling, en wel bekennen onder de vreselijkste pijniging betekende dat de marteling stopte, maar je alsnog op de brandstapel kwam. De logica daarvan ontgaat ons tegenwoordig, maar de heksenjagers zagen het kennelijk anders. 

De auteur beschrijft de ijzingwekkende vervolgingswaanzin niet alleen met veel historische nauwkeurigheid, maar ook met gevoel voor de onzekerheid van mensen die direct of indirect de gevolgen van de heksenjacht ondervonden. Het tweede deel van verhaal gaat over de vlucht van de hoofdpersonen om te ontkomen aan de heksenjagers, en alle hindernissen en gevaren van het reizen in de 17e eeuw. Het is een boeiend verhaal dat ik niet kon wegleggen - je wordt als het ware ondergedompeld in het leven van gewone mensen in lang vervlogen tijden. Een aanrader.

Terug naar huis

Bij het begin van de thuisreis zag ik bij de uiterton van Vlieland (de boei die het begin van de aanlooproute markeert) in de verte een klein bootje liggen. Iets dichterbij gekomen bleek het een klein open bootje te zijn met iemand erin. Ik ging dus maar een kijkje nemen, tenslotte zit je op open zee. Maar al snel bleek het loos alarm: het was een visser, die zijn bootje met een lijn aan de boei had geknoopt (wat eigenlijk niet mag). Hij waardeerde het wel dat ik was komen kijken en zei dat alles in orde was.

Tijdens de trip naar Kornwerderzand moesten we ettelijke malen uitwijken voor de veerboten naar Vlieland en Terschelling. De boot naar Terschelling vaart nu weer, tot mijn verbazing, via het Schuitengat, een smalle ondiepe route die tot voor een paar jaar totaal was verzand. Het verandert nogal eens op de Wadden, iets dat een rol speelt in twee van mijn eerdere boeken: Het Transport en Drie Meter Zand.

We konden op de route naar Harlingen goed zeilen, maar voor het laatste stukje door de Boontjes naar Kornwerderzand heb ik het zeil maar weggehaald. Het is daar eigenlijk te smal en met de wind recht achterin ben je constant bezig je zeilen te trimmen, doordat het geultje alle kanten op draait. Dat leidt de aandacht af van de overige scheepvaart.

Kornwerderzand

Na het schutten in Kornwerderzand maakten we vast aan de steiger aan de binnenzijde om te overnachten. Dat heeft zijn voor- en nadelen, want de dichte begroeiing erachter is een broedplaats voor vliegjes en mugjes, die in dikke wolken boven de havendam zweven en ook aan boord komen. Bovendien was het wel erg heet die dag. Desondanks lagen we daar in alle rust, moederziel alleen aan het begin van de steiger. ‘s Ochtends zat er op het betonnen frame van de reserve-sluisdeuren een aalscholver, die zich uitgebreid aan het krabben en poetsen was. Kennelijk had hij ongewenste verstekelingen in zijn verenpak…

Manokwari in Kornwerderzand


De laatste dagtocht naar huis verliep aanvankelijk in alle rust. Er was een zwakke zuidwestenwind, waar we wederom met de motor recht tegenin sukkelden. Rustig koffiedrinken op het water heeft ook zijn voordelen! Ik besloot om wat koers te veranderen naar de kust van de Wieringermeer, omdat de wind zou toenemen en mogelijk draaien naar west. En het klopte: op een zeker moment kon ik zeil zetten, en na een uurtje de draai maken naar het zuiden. Kort daarop begon het flink door te waaien en moest ik zelfs zeil minderen om de boot in de hand te houden. Na een paar uur kwam Andijk in zicht en konden we onze ligplaats opzoeken.